Onderwijs

Niets is belangrijker dan opvoeding en onderwijs, vindt Erasmus. Hij is slecht te spreken over de scholen van zijn tijd. Erasmus gebruikt de ideeën van de oude Grieken en Romeinen om het onderwijs te vernieuwen. Dat is volgens hem belangrijk voor de samenleving. “Onderwijs is de basis van alles wat goed is.” “Mensen worden niet geboren, maar gevormd.” Daarom gaan veel van zijn boeken over taal, gedrag en geloof. Zelf geeft Erasmus privéles aan rijke jongens. Voor deze lessen schrijft hij zijn eigen schoolboeken. Ook 200 jaar na zijn dood werden deze boeken nog gebruikt, in heel Europa.
Erasmus’ ideeën over opvoeding en onderwijs zijn nieuw voor zijn tijd. Hij vindt dat je kinderen zacht moet behandelen. Dat je ze liever moet aanmoedigen dan straffen. Dat je ze eerlijk en met respect moet behandelen. Zo leren kinderen beter en ontwikkelen ze zich sneller. Zo leren kinderen wat goed is en wat slecht. Zo gaan kinderen zich zelf net zo gedragen tegen anderen. Dit vindt Erasmus belangrijk, want je leeft niet alleen voor jezelf. Mensen moeten voor elkaar opkomen, eerlijk en betrouwbaar zijn, vindt hij.
Erasmus was een pedagoog in hart en nieren. Veel van zijn boeken hebben educatieve bedoelingen. Maar als leraar voor de klas staan wilde hij niet.
Afgebeeld op deze pagina is het titelblad van de eerste druk van Erasmus' De opvoeding van de christenvorst (Bazel 1516). Hij schreef dit boek naar aanleiding van zijn benoeming tot ere-raadgever van toen nog Hertog Karel van Bourgondië, de latere keizer Karel V. Het is dan ook gericht aan Karel. Erasmus beschrijft in zijn boek de ideale christelijke vorst. Een vorst is een leider en voorbeeld. Daarom moeten aan zijn opvoeding de hoogste eisen worden gesteld. De vorst moet zijn volk dienen, niet andersom. De vorst moet zijn volk regeren, niet andersom. Waarschijnlijk heeft Erasmus Karel zelf ontmoet in 1516 in Brussel.
In 1530 schreef Erasmus een ander onderwijsboekje dat erg populair werd, namelijk Goede manieren voor kinderen. Hij droeg het op aan Hendrik van Bourgondië, de tienjarige zoon van Adolf van Veere. In 1559 verscheen een Franse vertaling van dit boekje. Hierbij werd voor het eerst een bijzondere drukletter gebruikt, die eruitzag als een geschreven letter. Naar de titel van Erasmus' boekje ging deze letter de civilité heten.